English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word let be

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
;
🔗 Was she a witch?
; ;
🔗 Where am I?
(be found; find oneself)
;
🔗 There is no hiding place now.
🔗 So be it!
(allow; leave; release)
(rent out; rent; hire)
(enable; permit; allow; make possible)
in staat stellen
;
mogelijk maken
(allow; permit)
🔗 Too many here have refused to let me help at all.
;

EnglishDutch
let be afblijven van; met rust laten; op zijn beloop laten
be bestaan; doen; duren; gebeuren; ontstaan; staan; steken; wezen; worden; zich bevinden; zijn; zitten
let aanbrengen; laten; let; toelaten; verhuren; verhuring