English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word main building

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(construction)
(construction);
🔗 Winds of 70 miles per hour will uproot trees, which can block roads and crush cars or buildings.
(construction; structure);
(construction)
(predominant; principal; chief)
hoofd‐
;
voornaamste
(chief; major; principal; dominant; key; peak; prime; senior; staple; premier)
hoofd‐
;
voornaamste
🔗 The Death Star plans are not in the main computer.

EnglishDutch
main building hoofdgebouw
building aanbouw; bouw; bouwwerk; gebouw
main grootste; hoofdbuis; hoofdleiding; hoofdmacht; hoofd‐; lichtnet; net; voornaamste