English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word pocket‐size
| English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
|---|---|---|
🔗 Anything found in the pockets was put atop the chests, and the old clothes were bundled up carelessly, like rags. | ||
| (bulk; dimension; breadth; extent; range; latitude; purview) | ; | |
🔗 It’s the size of France. | ||
| (multiplicity; plurality) | ||
| English | Dutch |
|---|---|
| pocket‐size | ⇆ zakformaat |
| ⇆ gevechtshaard; ⇆ geïsoleerd gebiedje; ⇆ haard; ⇆ in de zak steken; ⇆ kapen; ⇆ miniatuur‐; ⇆ opstrijken; ⇆ opzij zetten; ⇆ slikken; ⇆ stoppen; ⇆ zak; ⇆ zak‐ | |
| size | ⇆ afmeting; ⇆ formaat; ⇆ grootte; ⇆ kaliber; ⇆ lijmen; ⇆ lijmwater; ⇆ maat; ⇆ model; ⇆ omvang; ⇆ op grootte rangschikken; ⇆ op grootte sorteren; ⇆ op maat brengen; ⇆ planeren; ⇆ statuur; ⇆ volume |