English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word power‐main

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(predominant; principal; chief)
hoofd‐
;
voornaamste
(chief; major; principal; dominant; key; peak; prime; senior; staple; premier)
hoofd‐
;
voornaamste
🔗 The Death Star plans are not in the main computer.
(might)
(capacity); ;
🔗 And this god has power beyond magic.
(effect)
; ;
🔗 Grace Mugabe clearly wanted more power.
(electricity)
🔗 Across the state, close to 800,000 customers remained without power Saturday evening.

EnglishDutch
power‐main hoofdleiding
main grootste; hoofdbuis; hoofdleiding; hoofdmacht; hoofd‐; lichtnet; net; voornaamste
power aandrijven; bevoegdheid; elektrisch; energie; energie leveren aan; gezag; kracht; macht; mogendheid; sterkte; stroom; vermogen; volmacht