English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word town

Dutch/English
English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(townlet)
(city)
🔗 The money that comes from the natural resources mostly leaves town.
border town
🔗 Early Tuesday, a Ukrainian missile slammed into a hotel in the coastal town of Berdjansʹk that had been taken over by the Russian military.
port town
(port; seaport; seaport town; port city)
seaport town
(port; port town; seaport; port city)
town council
(council; administration)
vroedschap
hometown
(city hall)
townhouse
(terrace house; terraced house)
townlet
(town)		; ;
stadje
(cityscape)
urba pejzaĝo
(hamlet); ;
townward
(townwards)
townwards
(townward)

EnglishDutch
town⇆ gemeente; ⇆ stad; ⇆ stads‐; ⇆ stedelijk; ⇆ steeds
bedroom town⇆ slaapstad
be the talk of the town⇆ over de tong gaan
border town⇆ grensplaats
coastal town⇆ kustplaats
commercial town⇆ handelsstad; ⇆ koopstad
county town⇆ hoofdstad; ⇆ hoofdstad van een graafschap
frontier town⇆ grensstad
garrison town⇆ garnizoensplaats
ghost town⇆ spookstad
go to town⇆ de bloemetjes buiten zetten; ⇆ flink aanpakken; ⇆ het geld laten rollen; ⇆ naar de stad gaan
go to town on something⇆ iets grondig aanpakken
industrial town⇆ industriestad
lower town⇆ benedenstad
man about town⇆ boemelaar; ⇆ bon‐vivant
manufacturing town⇆ fabrieksstad
market town⇆ marktplaats
mercantile town⇆ handelsstad
native town⇆ geboortestad
new town⇆ nieuwbouwstad
paint the town red⇆ de bloemetjes buiten zetten
port town⇆ havenstad
provincial town⇆ provinciestad
satellite town⇆ randgemeente; ⇆ satellietstad
seaport town⇆ havenstad
town canal⇆ stadsgracht
town centre⇆ stadscentrum; ⇆ stadskern
town clerk⇆ gemeentesecretaris; ⇆ secretaris
town council⇆ gemeenteraad; ⇆ vroedschap
town crier⇆ stadsomroeper
town garden⇆ stadstuin
town gate⇆ stadspoort
town life⇆ stadsleven
town major⇆ garnizoenscommandant; ⇆ plaatscommandant
town news⇆ stadsnieuws
town’s beadle⇆ stadhuisbode
town wall⇆ stadsmuur
town weighing‐house⇆ stadswaag
twin town⇆ zusterstad
university town⇆ universiteitsstad
upper town⇆ bovenstad
chieftown⇆ hoofdstad
Chinatown⇆ Chinezenbuurt; ⇆ Chinezenwijk
downtown⇆ binnenstad; ⇆ in de binnenstad; ⇆ naar de binnenstad; ⇆ van de binnenstad
hometown⇆ geboortestad
shantytown⇆ krottenwijk
staple‐town⇆ stapelplaats
town‐dweller⇆ stadbewoner; ⇆ stedeling
townee⇆ <niet‐student in een universiteitsstad>; ⇆ stadsmens
town‐hall⇆ raadhuis; ⇆ stadhuis
townhouse⇆ huis in de stad
townish⇆ stads; ⇆ steeds
townlet⇆ vlek
town‐planner⇆ stedebouwkundige
town‐planning⇆ stadsplanning; ⇆ stedebouw; ⇆ stedebouwkunde; ⇆ stedebouwkundig
townscape⇆ stadsbeeld; ⇆ stadsgezicht
township⇆ gemeente; ⇆ stadsgebied; ⇆ township
townsman⇆ stadgenoot; ⇆ stadsbewoner; ⇆ stadsgenoot; ⇆ stedeling
townspeople⇆ stedelingen
townswoman⇆ stadsgenote; ⇆ stedelinge
town‐view⇆ stadsgezicht
townward⇆ stadwaarts
uptown⇆ in de bovenstad; ⇆ naar de bovenstad; ⇆ van de bovenstad