English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word would

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(go; be going to; shall)
<futura helpverbo>
🔗 So it will be.
(testament);
🔗 Mr. Mugabe died in 2019 at the age of 95, reportedly without leaving a will.
(wish; volition)
🔗 An October 24 poll revealed an undiminished will.
(be willing to; want; wish)
🔗 I will hear no excuses.
🔗 John says we can be confident that God will grant our requests when they are according to his will.
would‐be
would‐be
;
would‐be
(virtual; a sort of; alleged; apparent)
pro forma
;
voor de vorm
would‐be
;
verondersteld
supozita

EnglishDutch
he’d hij had; hij zou
they’d zij hadden; zij zouden
we’d wij hadden; wij zouden
will door zijn wil oproepen; laatste wil; testament; vermaken; wens; wensen; wil; willen; zullen
would‐be gewild; … van de koude grond
you’d jij had; jij zou; jullie hadden; jullie zouden; u had; u zou