Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord bank card

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
bank card
(debit card; cheque card)
debetkarto
(shore; coast; waterside); ;
(sandbank);
(ramp; slope; embankment);
(deposit; file; lodge; store)
(shoal)
ondiepe plek
;
(rebound; bounce; recoil; ricochet); ; ; ; ;
resalti
(file; line; rank; row; queue; round; run; sequence; string)
🔗 This came for you at the bank after you’d left.
🔗 Nai the Hever placed a card upon the table.
(filing‐card; slip; index card);
diskombi
(visiting card);

EngelsNederlands
bank card bankpas; betaalpas; pinpas
bank bank; banken; bankieren; bankzaken doen; berm; boord; dam; deponeren; dijk; doen overhellen; dwarshelling; een bankrekening hebben; glooiing; groep; indammen; inrekenen; mistbank; oever; op de bank zetten; op de bank zitten; overhellen; rij; slagzij; slagzij maken; wal; zandbank
card balboekje; catalogiseren; dun karton; grapjas; kaarde; kaarden; kaart; kaartje; kammen; kompasroos; naamkaartje; op kaartjes schrijven; pasje; programma; rare snuiter; roos; ruwen; visitekaartje; vreemde snoeshaas; wolkaarde