Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord dawdling

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
dawdle
(stroll; lounge about; lounge; saunter)

EngelsNederlands
dawdling gebeuzel; getalm; geteut; getreuzel; talmerij; treuzelachtig
dawdle beuzelen; dralen; hannesen; klungelen; leuteren; sammelen; slabakken; slenteren; talmen; teuten; treuzelen