Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord gumboot
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
hoge schoen | ||
; | ||
gum (eraser) | ||
gum (erase) | ||
gum (gums) | tandvlees | |
gum | tandvlees‐ |
Engels | Nederlands |
---|---|
gumboot | ⇆ rubberen overschoen; ⇆ rubberlaars |
boot | ⇆ bagageruimte; ⇆ baten; ⇆ hoge schoen; ⇆ kofferbak; ⇆ kofferruimte; ⇆ laars; ⇆ laarzen aantrekken; ⇆ schoen; ⇆ schoppen; ⇆ trappen; ⇆ voordeel |
gum | ⇆ gom; ⇆ gombal; ⇆ gomboom; ⇆ gommen; ⇆ gum; ⇆ kauwgom; ⇆ kauwgum; ⇆ kleven; ⇆ lijm; ⇆ tandvlees |