Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord hail from

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
hail from
(accrue from)
deveni de
🔗 Parts of the city also received hail, he said.
(acclaim; applaud)
bij acclamatie benoemen tot
; ;
uitroepen tot
;
zijn bijval betuigen
(appeal to; invoke; call; summon);
🔗 After it went by, it really started raining and hailing.
hoji
(greet; salute)
(greeting; salutation);

EngelsNederlands
hail from afkomstig zijn uit; afkomstig zijn van; komen van
hail aanroep; aanroepen; begroeten; doen neerdalen; hagel; hagelen; heil; praaien; roep; verwelkomen