Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord insolvency
Engels | Nederlands |
---|---|
insolvency | ⇆ insolventie; ⇆ ongenoegzaamheid; ⇆ onvermogen om te betalen; ⇆ onvermogen tot betaling |
insolvent | ⇆ in staat van onvermogen; ⇆ insolvent; ⇆ insolvente betaler; ⇆ onvermogend om te betalen |
solvency | ⇆ kredietwaardigheid; ⇆ soliditeit |