Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord mercy

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
mercy
(charity; mercifulness)
(compassion; pity; sympathy); ; ; ;
🔗 Then I shall decide what mercy to grant you.
(charitable);
🔗 If heaven is merciful, it will some day efface from my consciousness the sight that I saw, and let me live my last years in peace.
merciful
(charitable)
korfavora
merciful
(forbearing; indulgent; lenient; mild)
; ;
malsevera
merciless
(relentless; callous; hardline; pitiless; ruthless)
; ; ;

EngelsNederlands
mercy barmhartigheid; genade; goedertierenheid; weldaad; zegen
appeal for mercy gratieverzoek; verzoek om gratie
at the mercy of overgeleverd aan
be at the mercy of aan de genade overgeleverd zijn van; een speelbal zijn van; overgeleverd zijn aan de genade van
be left to the tender mercies of aan de genade overgeleverd zijn van; een speelbal zijn van; overgeleverd zijn aan de genade van
for mercy’s sake om godswil
God have mercy upon us God zij ons genadig
have mercy on zich erbarmen over; zich ontfermen over
have somebody at one’s mercy iemand in zijn macht hebben
it was a mercy that het was een geluk dat
mercy killing euthanasie
temper justice with mercy genade voor recht laten gelden
what a mercy! wat een geluk!
without mercy zonder genade; zonder pardon
merciful barmhartig; genadig; goedertieren
merciless genadeloos; meedogenloos; onbarmhartig; ongenadig; onmeedogend
mercy‐seat genadetroon