Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord retire from office
| Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
|---|---|---|
| ; | ||
| (bureau) | ; | |
🔗 But some people came into Weidner’s office anyway. | ||
| (function; job; post; capacity; position) | ; ; | |
🔗 May’s principal achievement in her short time in office is simply survival. | ||
| (post; capacity; job; position; station; appointment) | ; ; ; | |
| (ticket‐window; window; counter; box‐office; ticket‐office; hatch; wicket) | ||
| (cabinet; study) | ||
retire | ; met pensioen gaan | |
retire (go on pension) | ||
retire (go to bed; hit the sack; hit the hay; bed; go to rest; retire for the night; retire to bed; retire to rest) | gaan slapen ; naar bed gaan | |
| (retreat; recede; recoil; relent; withdraw; back off; back down; back out; backtrack; pull back) | ; | |
🔗 Those whom I indicate may retire. | ||
| Engels | Nederlands |
|---|---|
| retire from office | ⇆ zijn ambt neerleggen |
| office | ⇆ ambt; ⇆ bediening; ⇆ betrekking; ⇆ bureau; ⇆ bureel; ⇆ departement; ⇆ dienst; ⇆ dienstvertrek; ⇆ functie; ⇆ gebed; ⇆ gebeden; ⇆ kantoor; ⇆ kerkdienst; ⇆ loket; ⇆ ministerie; ⇆ officie; ⇆ plaats; ⇆ post; ⇆ ritueel; ⇆ spreekkamer; ⇆ taak |
| retire | ⇆ <de eetkamer verlaten om naar de salon te gaan>; ⇆ aftreden; ⇆ intrekken; ⇆ met emeritaat gaan; ⇆ met pensioen gaan; ⇆ ontslaan; ⇆ ontslag nemen; ⇆ pensioen nemen; ⇆ pensioneren; ⇆ retireren; ⇆ stil gaan leven; ⇆ te ruste gaan; ⇆ ter ruste gaan; ⇆ terugtrekken; ⇆ terugwijken; ⇆ uittreden; ⇆ wijken; ⇆ zich afzonderen; ⇆ zich te ruste begeven; ⇆ zich ter ruste begeven; ⇆ zich terugtrekken; ⇆ zich verwijderen; ⇆ zijn ontslag nemen |