Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord aflosbaar

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
redeemable
;
repayable
(vervangen)
relieve
🔗 Om drie uur werd hij afgelost door zijn maat en kroop in zijn kooi.
(afbetalen; amortiseren)
🔗 Wil je graag extra aflossen op je hypotheek?
redemption
; ;
depreciation
;
sinking‐fund
🔗 Het aflossen van de hypotheek moet u niet willen ten koste van alles.

NederlandsEngels
aflosbaar redeemable; repayable
aflossen clear; redeem; relieve; repay; pay off
onaflosbaar irredeemable; unredeemable