Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord ei

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
🔗 Dan is één eitje genoeg voor mij!
(ha)
🔗 Ei, daar nadert mijn krachtbron!
(spiegelei)
fried egg
🔗 Hij bestelde gebakken eieren en koffie.
duck egg
anasa ovo
ovum
(dooier; eigeel);
(aubergine);
egg‐fruit
;
(cantharel; hanekam)
chanterelle
(dooier; eierdooier);
(ovaal)
oval
🔗 De bladeren zijn eirond en toegespitst.
ovule
;
ovum
(barstensvol; mudvol; overvol; propvol; stampvol; tjokvol)
brimming
;
replete
; ; ;
chock‐a‐block
(proteïne)
🔗 Welke elementen zijn nu in het eiwit aangetoond?
koka ovo
🔗 Het is te groot voor een kippeëi.
(gebakken ei)
fried egg
🔗 „Ook goed”, zei ik en zette de pan voor de spiegeleieren weer neer.

NederlandsEngels
ei ah; egg; indeed
dat is een eitje voor mij I can do it standing on my head
dat is het hele eieren eten that’s all there is to it
een half ei is beter dan een lege dop half a loaf is better than no bread
eieren voor zijn geld kiezen come down a peg or two
gebakken ei fried egg
het ei van Columbus the egg of Columbus
het ei wil wijzer zijn dan de hen teach your grandmother to suck eggs
het geel van een ei the yoke
koek en ei zijn be hand in glove
voor een appel en een ei for a song; for a mere song
broedei brood egg
duiveëi pigeon’s egg
eendeëi duck’s egg
eeneiige identical; monozygotic; uniovular
eicel egg; egg‐cell; ovum
eierboer poultry‐farmer
eierdans egg‐dance
eierdooier yolk; egg‐yolk; yelk
eierdopje egg‐cup
eiergerecht egg‐dish
eierklopper egg‐whisk; egg‐beater; whisk
eierkoek egg‐cake
eierkolen egg coal; ovoids
eierkunde oology
eierlepeltje egg‐spoon
eiermand egg‐basket
eiermandje egg‐basket
eierpoeder egg‐powder
eierrekje egg‐rack
eiersaus egg‐sauce
eierschaal eggshell
eiersnijder egg slicer
eiersoep egg‐soup
eierstel egg‐stand
eierstok ovary; ovarium
eierzoeker egg‐hunter
eigeel yellow; yolk; egg‐yolk; yelk
eileider Fallopian tube; oviduct
eirond oval; egg‐shaped; egg‐like
eischaal eggshell
eitand egg tooth
eitje breeze
eivol chock‐full; choke‐full; crammed
eivormig ovate; oviform; ovoid; egg‐shaped; egg‐like; oval
eiwit albumen; glair; protein; white of egg; white
kievietsei lapwing’s egg
kievitsei lapwing’s egg
kippeëi hen’s egg; chicken egg
luizeëi nit
paasei Easter egg
roereieren buttered eggs; scrambled eggs
scharrelei free‐range egg
spiegelei fried egg
struisvogelei ostrich‐egg
thee‐ei tea infuser; tea‐ball
vogelei bird’s egg