Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord fonkelend

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(lumineus; schitterend)
🔗 Hij krabbelde op, keek me met fonkelende ogen aan en greep zijn mes.
(sprankelen)

NederlandsEngels
fonkelend bright; sparkling
fonkelen glisten; glister; glitter; sparkle; twinkle; scintillate