Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord gezind

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(genegen; geneigd)
inclined
;
disposed
(begunstigen; bevoordelen; voortrekken)
🔗 Zelfs als de wind ons gunstig gezind is, kost het ons een paar dagen om er te komen.
(genegenheid; inclinatie)
inclination
🔗 Hij nam niet de moeite zijn vijandige gezindheid te verbergen.
(belijdenis)
favourable
🔗 Toch was de godin haar goedgezind, dat leed voor hem geen twijfel.
malevolent
malbonvola
selfless

NederlandsEngels
gezind affected; disposed; inclined; minded
gunstig gezind zijn be in favour of; favour; look with favour on
gelijkgezind consentient; like‐minded; of one mind
gezindheid disposition; mind; inclination; persuasion
gezindte denomination; persuasion; sect
goedgezind friendly; sympathetic
kwaadgezind ill‐affected; ill‐disposed; evilly‐disposed
opofferingsgezind self‐sacrificing; selfless
roomsgezind papistic
vergevensgezind forgiving; placable
verzoeningsgezind concilliatory