Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord kind

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
;
infant
;
🔗 Heb ik je als kind te veel geslagen?
(koter)
🔗 Het huis en het omvangrijke fortuin dat mijn vader nagelaten moest hebben, waren mijn erfdeel, want ik was enig kind, net als hij.
great‐grandchild
🔗 Fotografe Miloushka Bokma gaat een serie familieportretten maken van grootouders en achterkleinkinderen.
infant in arms
🔗 Een vindingrijke bakker uit Steenbergen bood aan al zijn klanten een broodje aan in de vorm van een bakerkind, versierd met een oranje strik.
🔗 Ja, slavernij en kinderarbeid waren ook traditie.
paediatrician
child’s bed
;
(crèche)
(crèche)
children’s book
;
book for children
🔗 En dit van ons is toch eigenlijk ook een kinderboek?
infanbordelo
🔗 In de Roemeense stad Iasi hebben agenten een inval gedaan in een kinderbordeel.
day nursery
taginfanejo
paedriatrics
infana geedziĝo
(kindsheid)
🔗 Al sinds hun kinderjaren is de jongere broer op zijn hoede voor ʿUdday.
(verzorgster)
nurse
;
nanny
(kinderkleren)
children’s clothes
infanvestoj
(kinderkleding)
children’s clothes
infanvestoj
childish
🔗 We weten dat ze gescheiden en kinderloos is.
nurse
;
nanny
🔗 Dacht hij dat ik een kindermeisje nodig had?
(kinderpornografie)
kiddy‐porn
🔗 Bovendien zal het niet bij het bestrijden van kinderporno blijven.
(kinderporno)
kiddy‐porn
;
🔗 Jim had ontdekt hoeveel geld er te verdienen was met kinderpornografie.
<postage stamp sold to benefit children>
infanbonfara poŝtmarko
child prostitution
child’s shoe
infanŝuo
(kinderjaren; kindsheid)
🔗 Woordvoerder Bert Smeets van Mea Culpa zei dat de mannen die in hun kindertijd door Gijsen misbruikt zijn, eindelijk recht is gedaan.
(polio)
polio
;
poliomyelitis
(baby);
senile
senila
🔗 Ben ik kinds aan het worden?
grandchild
🔗 Daarna vergreep hij zich opnieuw aan twee andere kleinkinderen.
royal child
reĝinfano
godchild
🔗 Een van Linda’s dochters was haar petekind.
foster‐child
(wees)
wonderkind
child prodigy

NederlandsEngels
kind babe; baby; bairn; chick; child; infant; kid; little one
als de grote mensen spreken, moeten de kinderen zwijgen children should be seen, not heard
een kind kan de was doen it’s very easy
een kind krijgen have a baby; have a child
een kind verwachten expect a child
er kind aan huis zijn be treated like one of the family
het kind bij zijn naam noemen call a spade a spade
het kind van de rekening worden have to pay the piper
je hebt geen kind aan hem he is no trouble at all
onschuldig als een pasgeboren kind innocent as the babe unborn
van kind af aan from a child
wie de roede spaart, bederft zijn kind spare the rod and spoil the child
wie zijn kind liefheeft, spare de roede niet spare the rod and spoil the child
achterkleinkind great‐grandchild
bakerkind infant in arms
buurkind neighbour’s child
couveusekind premature baby
doopkind godchild
duivelskind limb of the devil; imp; child of Satan
flessekind bottle‐fed child; bottle‐baby
geesteskind brainchild
gelukskind favourite of fortune; lucky dog
kindeke infant
kinderachtig babyish; childish; childlike; infant‐like; infantile; infantine; jejune; kiddish; puerile; silly; childishly
kinderafdeling children’s department; children’s ward
kinderaftrek tax relief in respect of each child
kinderarbeid child labour
kinderarts paediatrician; paediatrist
kinderbed child’s bed; cot
kinderbedtijd children’s bedtime
kinderbescherming protection of children; child protection
kinderbeul bully
kinderbewaarplaats crèche; day nursery; nursery
kinderbijslag family allowance
kinderboek book for children; children’s book
kinderboerderij children’s farm; petting zoo
kinderbordeel child brothel
kinderdagverblijf day nursery
kinderdoop paedobaptism; infant baptism
kindergeneeskunde paediatrics
kindergoed child’s clothes; babies’ clothes
kinderhand child’s hand
kinderhoertje child whore
kinderhoofdje cobble; cobble‐stone
kinderhuwelijk child marriage
kinderjaren childhood; infancy; years of childhood
kinderjuffrouw nanny; nurse; nursery‐governess
kinderkaartje half ticket
kinderkamer nursery; children’s room
kinderkoor children’s choir
kinderkost children’s food
kinderleed childish grief
kinderliedje children’s song
kinderliefde love of children; love of one’s children; filial love
kinderlijk babyish; childish; childlike; filial; infant‐like; infantile; infantine; kiddish
kinderlokker child molester
kinderloos childless
kindermeel infant’s food
kindermeisje nursemaid; nurse‐girl
kindermenu children’s menu
kindermishandeling child abuse
kindermoord infanticide; child‐murder
kinderoppas child‐minder
kinderopvang daycare; nursery
kinderpagina children’s page
kinderpartijtje children’s party
kinderpistooltje toy pistol
kinderporno child porn; kiddy‐porn
kinderpostzegel <postage stamp sold to benefit children>
kinderpraat childish talk; baby talk
kinderprogramma children’s programme
kinderpsychologie child psychology
kinderpsycholoog child psychologist
kinderrechtbank juvenile court
kinderrechter juvenile court magistrate
kinderroof kidnapping
kinderschaar bunch of children; swarm of children
kinderschoen child’s shoe
kinderseks child sex; kiddy sex
kinderslot childproof lock
kinderspeelgoed children’s toys
kinderspel child’s play; childhood game; children’s game
kindersprookje nursery tale
kinderstem child’s voice
kindersterfte infant mortality
kinderstoel high chair; baby‐chair
kindertaal children’s talk
kindertehuis children’s home
kindertekening child’s drawing
kindertelefoon toy telephone; children’s helpline
kindertoeslag family allowance
kinderuurtje children’s hour
kinderverhaaltje nursery tale
kinderverlamming polio; poliomyelitis; infantile paralysis
kinderversje nursery rhyme
kinderverzorging mothercraft; child‐welfare
kindervoedsel infant’s food
kindervriend lover of children
kinderwagen buggy; perambulator; pram; baby carriage
kinderweegschaal baby‐balance
kinderwereld children’s world
kinderwerk kid’s stuff; child’s work; children’s work
kinderziekenhuis children’s hospital
kinderziekte children’s complaint; childhood disease; children’s disease
kinderzitje child’s seat; car seat
kinderzorg child‐welfare; infant welfare
kindje babe; kiddy; baby
kindlief dear child; my child
kinds doting
kindsdeel child’s portion; portion
kindskind grandchild
kindvrouwtje child wife
kleinkind grandchild
koningskind royal child
mensenkind human being
ongelukskind unlucky person
petekind godchild
pleegkind nurse‐child; foster‐child
probleemkind problem child
Satanskind limb of Satan; Satan’s brood; child of Satan
schipperskind bargeman’s child
schoolkind junior; schoolchild
sleutelkind latchkey child; latchkey kid
stiefkind step‐child
troetelkind nurseling; darling; pet
voogdijkind ward of court; ward in chancery
voorkind child by a previous marriage; child born before marriage
weeskind orphan
wonderkind child prodigy; infant prodigy