Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord koekje
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
🔗 De extra heffingen gelden verder voor Europese koekjes, whisky, wijn, citroenen en mosselen. | ||
(makaron; makron) | macaroon | |
🔗 „Nee”, zei hij en begon aan zijn derde bitterkoekje. | ||
🔗 Dat gaat er altijd in als koek. | ||
biscuit tin | ||
fiŝkuketo |
Nederlands | Engels |
---|---|
koekje | ⇆ biscuit; ⇆ cookie |
een koekje van eigen deeg | ⇆ a dose of one’s own medicine; ⇆ a taste of one’s own medicine |
bitterkoekje | ⇆ macaroon |
koek | ⇆ cake; ⇆ gingerbread; ⇆ crust |
koekjestrommel | ⇆ biscuit tin |
koekjesverkoper | ⇆ pieman |
viskoekje | ⇆ fishball; ⇆ fish‐cake |