Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord koopzucht
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(aankopen; aanschaffen; afnemen; inkopen; overnemen; zich aanschaffen) | ; | |
🔗 Ik wil hier een huis kopen. | ||
longing | ||
(begeerte; lust; verlangen; wens) | ||
tendency ; inclination ; ; bias | ||
(verlangen) | longing ; hankering ; ; | |
🔗 Met een zucht hief hij de gitaar op en sloeg moedig een valse toon aan. |
Nederlands | Engels |
---|---|
koopzucht | ⇆ eagerness to buy |
kopen | ⇆ acquire; ⇆ buy; ⇆ purchase |
zucht | ⇆ desire; ⇆ lust; ⇆ sough; ⇆ waft |