Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord legen

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(ledigen; ruimen; uithalen)
🔗 Hij leegde zijn glas en begaf zich naar zijn kamer.
(hol; ledig; lens);
void
🔗 Deze mand was niet leeg.
(onbewoond; verlaten);
unoccupied
neloĝata
(onbezet; open; vrij)
🔗 De conversatiezaal was niet ver en gelukkig was ze leeg.

NederlandsEngels
legen empty
leeg blank; chaffy; dead; deserted; empty; flat; inane; unfilled; untenanted; vacant; vacuous; void; spent; idle