Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord rijtuig

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(equipage; koets)
carriage
🔗 Ik deelde een rijtuig met de redacteur.
(wagon; spoorwagon)
carriage
;
🔗 Ik zal u een compartiment laten geven in het rijtuig dat wij in Belgrado hebben aangekoppeld.
(aapje; vigilante);
hackney‐carriage
🔗 Ik liep regelrecht naar de trottoirband en stak mijn paraplu op om een huurrijtuig aan te houden.
(motorvoertuig)
motor vehicle
🔗 Wanneer de voortekens slecht zijn, moet men zich niet in een motorvoertuig voortbewegen.
(personenrijtuig)
passenger‐carriage
pasaĝervagono
🔗 De locomotief, de kolenwagen, een bagagewagen en een passagiersrijtuig liepen uit de rails.
(passagiersrijtuig)
passenger‐carriage
pasaĝervagono
🔗 Hij was samengesteld uit een restauratiewagen, een slaapwagen en twee personenrijtuigen.
🔗 Langzaam reden wij langs het water verder.
(gaan; karren); ;
🔗 Ik zou niet graag in dat oude wagentje rijden dat u daar hebt!
(chaufferen; vervoeren)
🔗 Daarna kan ik jou naar het vliegveld rijden.
🔗 De volgende morgen immers zou er een tocht worden gereden van Haarlem naar Hoorn en van Hoorn weer terug naar Haarlem, samen een goede 120 km.
(rijtoer)
riding
🔗 Ik zag ze toen ik uit rijden was.
(gareel)
(canaille; geboefte; gespuis; grauw; rapalje; schorem; schorremorrie)
rabble
;

NederlandsEngels
rijtuig carriage; motor‐coach; waggon
huurrijtuig cab; hackney cab; hackney‐carriage
motorrijtuig motor vehicle
personenrijtuig passenger‐carriage
rijden do; drive; driving; ride; riding; roll; run; travel; wheel; move; pull
rijtuigmaker coach‐builder
rijtuigverhuurder livery stable keeper
tuig gear; harness; rig; rigging; rig‐out; rig‐up; tackle; trash; vermin; strapping; tools; fishing‐tackle; stuff; rubbish; riff‐raff; rabble
volgrijtuig mourning‐coach