Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord taan

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(leerlooien; looien)
tan
(geelbruin; taankleurig)
fawn
flavbruna
🔗 Het was een magere, tanige man met een vastberaden uiterlijk.

NederlandsEngels
taan tan
taankleur tan‐colour
tanen be on the decline; dim; fade; tan; wane; tarnish; pale
tanig tawny