Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord tronen

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
troni
(afzetten; van de troon stoten)
dethrone
detronigi
🔗 Op 7 oktober 1840 besteeg hij de troon als Willem II.

NederlandsEngels
tronen allure; entice; sit enthroned; throne
meetronen coax along; lure on
onttronen dethrone
troon throne