Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord troosteloos

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
desolate
senkonsola
🔗 De vader was troosteloos geweest.
(heul; vertroosting)
consolation
;
comfort
;
solace
🔗 Hij had tenminste de troost dat ze wisten waar hij was.
🔗 Je bent juist op tijd voor een bakje troost, Ollie.
troosteloosheid
gloom

NederlandsEngels
troosteloos cheerless; comfortless; desolate; disconsolate
troost comfort; consolation; solace
troosteloosheid desolation; disconsolateness