Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord one

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(people; they; we; you; a fellow; a man);
(any; some kind of; some)een of ander; een of andere;
(anybody; anyone; somebody; someone)
(no; nobody; none; not anyone)
one and only
(singular; unique)
;
one another (each other); ; unu la alian
the one (he)tiu
(any; anybody; anyone at all; either)wie dan ook
(anybody; somebody; someone; one)
anyone (anybody; whatsoever; whichever; whoever)onverschillig wie; welk dan ook; wie dan ookkiu ajn
(everybody); ; ;
(firstly; first of all; originally);
(elementary; initial; introductory; primary)
aanvangs‐
; ;
begin‐
(occasionally; on occasion; sometimes)
(one time);
(as soon as)
one‐armed
unubraka
one‐berry
(American wintergreen; boxberry; checkerberry; deerberry; eastern teaberry)
oneness
;
one’s
(their; his; her)
one’s
(your)
(former);
(anybody; anyone; somebody; one)
thirty‐one
tridek unu
EngelsNederlands
onede een; een; één; een en dezelfde; een enkele; eentje; een zekere; ene; iemand; je; men
all except oneop een na
at oneeensgezind
be at one with somebody abouthet met iemand eens zijn over
be at one with somebody onhet met iemand eens zijn over
be oneéén zijn
be one of the partyvan de partij zijn
be one too manyte veel zijn
be one up on somebodyiemand een slag voor zijn
be the one man to do itde enige zijn die het kan
by onestuk voor stuk; één voor één
do number oneeen kleine boodschap doen
for onebijvoorbeeld; om maar eens iemand te noemen; wat mij aangaat
get a hole in onede bal met één slag in de hole krijgen
he is the onehij is het
he’s a onehij is me er eentje
I’m not one for talkingik ben niet zo’n prater
in onein één keer
in one shape or anotherin een of andere vorm
it is all onehet is allemaal hetzelfde
it is all one to mehet is me om het even; het is mij eender; het is mij om het even; het is mij onverschillig
like one madals een bezetene
many a onemenigeen
neither one thing nor the othernoch het een noch het ander
no onegeen een; geen mens; niemand
not onegeen; geen een
one … after anotherde ene … na de andere
one after anotheraan de lopende band; de een na de ander
one and allallegaar; allemaal; allen; als één man
one and onlyenige
one and the sameeen en dezelfde
one anotherelkaar; elkander; malkaar; malkander; mekaar
one by oneeen voor een; stuk voor stuk
one nightop zekere nacht
one or otherde een of andere
one or the otherhet een of het ander
one or twoeen paar
the last but onede laatste op één na; de op een na laatste; op een na
the onedegene; die
the one man whode enige die
what kind of one?wat voor een?
you are a fine one!je bent me een mooie!
anyonede eerste de beste; een belangrijk iemand; een ieder; ieder; iedereen; iemand; wie ook
everyoneeen ieder; een iegelijk; elkeen; ieder; iedereen
firsteerder; eerst; eerste; eerste prijs; eerste stem; eersteling; liever; nummer één; pril; primus; ten eerste; voorste
onceals eenmaal; eenmaal; eens; maar eerst eens; toen eenmaal; zodra
one‐armedeenarmig
one‐berrybergthee
one‐eyedeenogig
one‐footedeenvoetig
one‐handedeenhandig
one‐horsearmoedig; eenspans‐
one‐leggedeenbenig
one‐maneenmans‐; eenpersoons‐
onenesseenheid; enigheid
one‐piece<kledingstuk uit één stuk>; eendelig; uit één stuk bestaand
oneruniek ding; unieke persoon
one’sje; uw
one‐seatereenzitter
one‐sidedeenzijdig; partijdig
one‐timeex‐; gewezen; voormalig
one‐trackeenzijdig
one‐twoeen‐tweetje
one‐wayeenrichtings‐; in één richting
someoneiemand