Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord rise

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(arise; ascend; go up); ; ; ; ; ; ;
(arise; get on one’s feet; get up; stand; stand up suddenly; rise to one’s feet)
ekstari
(mount)
; ; ;
(get up)
(increase)
uitbreiding
(resurrect);
(augment; grow; increase)
(ferment; work); ;
(mutiny; rebel; revolt)
in opstand komen
(increase);
(bite; bite at; rise to the bait; take; take the bait)
allogaĵmordi
(bite; rise to the bait; take; take the bait)
ekmordi
;
give rise to
(cause; inflict; provoke; result in; wreak; bring)
; ; ; ; ;
ten gevolge hebben
; ;
(commence; get; materialize; start; come into being);
(ascend; go up; rise); ;
(be born; originate); ; ;
het licht zien
(become; get; grow);
(spring; well; well up)
(ascend; climb; go up; mount)
(ascend)
(get on one’s feet; get up; rise; stand; stand up suddenly; rise to one’s feet)
ekstari
(raise; wage rise);
salarisverhoging
rising
altiĝanta
sunrise
EngelsNederlands
riseaanbijten; beet; bovenkomen; de hoogte in gaan; gaan staan; hausse; helling; herrijzen; het woord nemen; in opstand komen; ontspringen; oorsprong; opgaan; opgang; opklimmen; opklimming; opkomen; opkomst; oplopen; op reces gaan; oprijzen; opslag; opstaan; opsteken; opstijgen; opvliegen; overeind komen; prijsstijging; prijsverhoging; promotie; promotie maken; rechtstaan; rijzen; rijzing; salarisverhoging; stijgen; stijging; toename; toeneming; traktementsverhoging; uiteengaan; uitrijzen; verheffing; verhoging; verrijzen; voortspruiten; vooruitgaan; vooruitkomen; was; wassen; zich oprichten; zich verheffen
be on the risein opkomst zijn; stijgen; voortdurend stijgen
get a rise out of somebodyiemand erin laten lopen; iemand in het zonnetje zetten; iemand opnaaien; oemand uit zijn slof doen schieten
give rise toaanleiding geven tot; doen ontstaan
got a risebeethebben
price riseprijsverhoging
rise aboveuitrijzen boven; uitsteken boven; uitstijgen boven; verheven zijn boven; zich verheffen boven
rise againherrijzen
rise againstin opstand komen tegen
rise fromopstaan uit; voortspruiten uit
rise from its ashesuit zijn as herrijzen
rise from the deaduit de dood opstaan
rise from the ranksuit de gelederen voortkomen; zich opwerken
rise head and shoulders abovehoog uitsteken boven; huizehoog uitsteken boven
rise in armsde wapenen opnemen
rise in revoltin opstand komen; opstaan
rise toopgewassen zijn tegen; stijgen tot; zich verheffen tot
rise to baittoebijten; toehappen
rise to be ahet brengen tot; opklimmen tot de positie van
rise to the occasiontegen de moeilijkheden opgewassen zijn; tegen de taak opgewassen zijn; zich niet onbetuigd laten; zich tegen de situatie opgewassen tonen
rise upin opstand komen; omhoogkomen; opkomen; opstaan
ariseontstaan; opkomen; oprijzen; opstaan; rijzen; verrijzen; voortkomen; voortspruiten; zich opdoen; zich verheffen; zich voordoen
pay‐riseloonsverhoging; salarisverhoging
riseropstap
risingin opkomst zijnd; opgang; opkomend; oplopend; oprijzend; opstaan; opstand; opstanding; opstijgend; opstijging; rijzend; stijgen; stijging; uiteengaan; zonsopgang
sunrisezonsopgang
upriseoprijzen; opstaan; rijzen