Informasie oor die woord dorp (Nederlands → Esperanto: vilaĝo)

Woordsoortselfstandige naamwoord
Uitspraak/dɔrᵊp/
Afbrekingdorp
Geslagonsydig
Meervouddorpen

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
dorpjedorpjes

Voorbeelde van gebruik

Volgens een christelijke organisatie in Irak, is minstens een kwart van de christelijke inwoners van de stad en de omliggende dorpen op de vlucht geslagen.
Er is een tovenaar die aan de rand van het dorp woont.
Hele dorpen werden door de bosbranden verzwolgen.
Dat is een werkje dat we beter aan de vrouwen van het dorp kunnen overlaten.
In het dorp Kvam, op zo’n 250 kilometer van Oslo, waren hulpdiensten met graafmachines begonnen afvoergeulen voor het vele water te graven, maar de extreem natte omstandigheden maakten het werk al snel onmogelijk.
Ook in het dorp Stanislav waren er doden te betreuren.

Vertalinge

Afrikaansdorp
Albaniesfshat
Deenslandsby
DuitsDorf; Ortschaft
Engelsvillage
Engels (Ou Engels)þorp
Esperantovilaĝo
Faroëesbygd
Finskylä
Franslocalité; village
Grieksχωριό
Hongaarsfalu
Italiaansvillaggio
Katalaanspoble; vila
Latynvicus
LuxemburgsDuerf
Maleiskampung
Nederduitsdarp; loog
Noorslandsby; bygd
Papiamentspueblo
Poolswieś
Portugeesaldeia; povoado
Roemeenssat
Russiesаул
SaterfriesTäärp
Skots-Gaeliesclachan
Spaansaldea; lugar; pueblo
Swahilikijiji; mji
Sweedsby
Thaiหมู่บ้าน
Tsjeggiesves; vesnice
Walliespentref
Wes‐Friesdoarp