Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word matig

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(bescheiden; gematigd; sober; redelijk);
🔗 Wij aten er goed voor de matige prijs van vier mark per persoon.
(bezadigd; nuchter; sober; stemmig)
sober
; ;
abstentious
sobre
(eender; egaal; gelijk); ;
level
(geregeld)
(kameraad; kornuit; makker; gabber);
companion
;
🔗 En u wilt niet zeggen wie uw maat is?
(gezel; kameraad; kornuit; makker; metgezel; partner)
companion
; ;
🔗 Gerrit had wel gemerkt dat zijn oom even aarzelde voordat hij zij dat zijn maats wel te vertrouwen waren, maar hij zei niets.
(grootte; mate)
measure
;
measurement
;
(temperen)
moderation
(buitensporig)
intemperate
malmodera
🔗 Nu ja… vanwaar deze onmatige opwinding?

DutchEnglish
matig abstemious; abstentious; abstinent; average; conservative; conservatively; frugal; frugally; indifferent; indifferently; mediocre; mild; moderate; moderately; reasonable; reasonably; sober; soberly; so so; sparing; temperate
iets maar matig vinden not thing much of something; be not too pleased with something
maar matig tevreden not particularly pleased
matig gebruiken make a moderate use of
buitenmatig excessive; excessively
gelijkmatig equable; equal; even; evenly; level; measured; uniform; steady
maat admeasurement; beat; buddy; fellow; fitting; gauge; mate; maty; measure; measurement; moderation; number; partner; tempo; workmate; scantling; size; time; bar; metre; comrade; companion; yoke‐fellow
matigen allay; mitigate; moderate; modify; qualify; soften; soften down; soft‐pedal; temper
matigheid continence; continency; moderateness; moderation; sobriety; temperance; abstemiousness; frugality; soberness
onmatig immoderate; inordinate; intemperate; unmeasured
overmatig excessive