English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word droppest
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(fall; fall off; tumble down) | ; | |
(fall; lapse) | ; | |
🔗 Hotel room reservations from the Russian market have already dropped by 70% for this high season. | ||
(lower; lay in rest) | ||
(descend; go down; sink; lower oneself) | ; | |
🔗 The head dropped. | ||
(decrease; diminish; fall; reduce; shrink; dwindle; ease) | ; ; ; ; | |
(omit) | achterwege laten ; | mankigi |
(annul; cancel; lift; nullify; rescind) | ; ; ; ; ; ; | |
(parachute; airdrop) | paraŝutigi |
English | Dutch |
---|---|
drop | ⇆ aanreiken; ⇆ achterwege laten; ⇆ afgooien; ⇆ afleveren; ⇆ afname; ⇆ afwerpen; ⇆ afzetten; ⇆ borrel; ⇆ dalen; ⇆ daling; ⇆ drop; ⇆ drop‐hammer; ⇆ droppel; ⇆ droppen; ⇆ dropping; ⇆ drup; ⇆ druppel; ⇆ druppelen; ⇆ flikje; ⇆ flikkeren; ⇆ gaan liggen; ⇆ geheime bergplaats; ⇆ komen te vallen; ⇆ laten dalen; ⇆ laten druppelen; ⇆ laten schieten; ⇆ laten vallen; ⇆ laten varen; ⇆ neerlaten; ⇆ neerleggen; ⇆ neerslaan; ⇆ neervallen; ⇆ neerwerpen; ⇆ neutje; ⇆ omlaaggaan; ⇆ omvallen; ⇆ oorbel; ⇆ oorknop; ⇆ oorknopje; ⇆ opgeven; ⇆ ophouden; ⇆ pastille; ⇆ pikketanissie; ⇆ prijsdaling; ⇆ seponeren; ⇆ slokje; ⇆ spatje; ⇆ stuiken; ⇆ uitwerpen; ⇆ val; ⇆ vallen; ⇆ valluik; ⇆ verliezen; ⇆ vrachtje; ⇆ weglaten; ⇆ zakken; ⇆ zich laten ontvallen; ⇆ zich laten vallen; ⇆ zuurtje |