Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vallen

Dutch	English (translated indirectly)	Esperanto
vallen (afvallen; flikkeren; neervallen)	drop ; fall ; lapse	fali
🔗 Het mes liet ik vallen.
vallen (omvallen)	fall	fali
🔗 Deze list gelukte, maar de boom was al gebroken en viel.
al naar het valt	in the circumstances ; under the circumstances	laŭ la cirkonstancoj
de avond valt	night is falling	vesperiĝas
in de rede vallen (interrumperen; onderbreken)	interrupt	interrompi
🔗 Waarom viel je me steeds in de rede?
in goede aarde vallen	be well received	akceptiĝi bone
🔗 Deze mededeling viel in goede aarde.
in het water vallen	fail ; flop	fiaski
in slaap vallen (inslapen; gaan slapen)	fall asleep ; go to sleep	ekdormi
🔗 En hierna viel hij werkelijk in slaap.
lastig vallen (ongelegen komen)	incommode ; trouble	maloportuni
🔗 Het spijt me dat ik je op dit uur nog moet lastig vallen, Bommel.
lastig vallen (dwarszitten; storen; hinderen)	bother	ĝeni
🔗 Janek zal ons tijdens de reis niet lastig vallen.
laten vallen (neerleggen)	fell ; down	faligi
🔗 Ik laat hem niet vallen!
vallen op	fall on	incidi
aanvallen	attack ; aggress	agresi
aanvallen (aangrijpen; aanpakken; attaqueren)	assault ; attack ; assail ; tackle	ataki
🔗 Hoorde je bij de bandieten die ons aanvielen?
afvallen (afvallig worden)	apostatize	apostatiĝi
afvallen (uitvallen)	fall ; fall off ; tumble down	defali
afvallen	drop out	eliminiĝi
afvallen (flikkeren; neervallen; vallen)	fall ; lapse	fali
afvallen (ontrouw worden)	apostatize ; desert ; secede	malfideliĝi
afvallen (vermageren)	fall away ; lose ; lose flesh	malplipeziĝi
dichtvallen	slam shut	klakfermiĝi
🔗 Toen de deur achter haar dichtviel, keek Yar Afzal zijn gast aan.
doodvallen	drop dead	fali morta
droogvallen (drogen; droog worden; opdrogen; uitdrogen; verdrogen)	dry	sekiĝi
gevallen	fallen	falinta
🔗 Het was duidelijk dat de bezorgdheid van zijn werkgever de gevallen knecht goed deed.
gevallen (gebeuren; geschieden; omgaan; passeren; plaatsgrijpen; voorvallen; zich toedragen; vóórkomen)	happen	okazi
🔗 En zo geviel het dat elf dagen na de ondergang van de stad het hoofd van hun leger de rotspoort aan het einde van het meer doortrok en de onherbergzame landen binnenreed.
invallen	invade ; encroach ; overrun ; raid	invadi
🔗 De duisternis was nog niet ingevallen toen Tom al fluitende zijn weg vervolgde.
invallen (vervangen; waarnemen)	take the place of ; supplant ; stand in ; relieve	anstataŭi
🔗 Maar ik weet zeker dat je ons graag uit de brand haalt en voor hem invalt.
invallen	invasion ; incursion	invado
🔗 Ze zouden bij het invallen van de duisternis op weg gaan, want Elrond had hun aangeraden om zoveel mogelijk onder dekking van de nacht te reizen, tot zij ver van Rivendel vandaan waren.
meevallen	turn out better than was expected ; end better than was expected ; exceed expectations	esti pli bona ol oni atendus
🔗 Ach, dat valt wel mee, hoor.
opvallen (frapperen)	strike	frapi la okulojn
🔗 Eén ding viel haar direct op.
overvallen	raid	razii
samenvallen	coincide	koincidi
🔗 Is het dan niet redelijk te veronderstellen dat zijn programma zal samenvallen met het mijne?
sneeuwval (lawine)	avalanche	lavango
🔗 In de Franse Alpen zijn een onderofficier en drie soldaten van een detachement der genie op de Col du Partaillon door een sneeuwval bedolven en om het leven gekomen.
sneeuwval	snowfall	neĝado
🔗 Tienduizenden reizigers zijn gestrand vanwege de sneeuwval.
tegenvallen (teleurstellen)	disappoint	elrevigi
terugvallen	lapse ; backslide	refali
🔗 Het touw viel weer terug.
toevallen	close ; adjourn	fermiĝi
toevallen	epilepsy	epilepsio
toevallen	accrue to	trafi lote
uiteenvallen	fall apart	disfali
uiteenvallen	splinter	splitiĝi
uiteenvallen	disintegration	disfalo
🔗 Sinds het uiteenvallen van de Sovjet‐Unie in 1991 is Estland weer een onafhankelijke staat.
uitvallen	go on the blink	malfunkciiĝi
🔗 Maar wat gebeurt er als de stroom uitvalt?
uitvallen	give up ; renounce ; forgo ; waive	rezigni
uitvallen (afvallen)	fall	defali
uitvallen	turn out	rezultigi
val (valkuil)	pitfall	enfalujo
val	fall ; drop ; lapse	falo
🔗 Een val van een trap zou de beste verklaring zijn.
val (slag; valstrik)	trap	kaptilo
🔗 Hij wist dat zijn derde val eveneens verdwenen was.
valbijl (guillotine)	guillotine	gilotino
valdeur (valluik)	trap‐door	klappordo
valgordijn (rolgordijn)	roller‐blind	rulkurteno
valscherm (parachute)	parachute	paraŝuto
🔗 Tom Poes bond heer Ollie snel de riemen van het valscherm om.
valversnelling	gravitational acceleration	gravita akcelo
vervallen (in verval raken)	decay	kadukiĝi
vervallen (achteruitgaan)	decline ; recede ; fail	malprosperi
vervallen (in verval raken)	ruin	ruiniĝi
🔗 De boerderij in Pawtuxet, die door iedere levende ziel gemeden werd, liet men door de jaren heen tot stof vergaan en scheen met onverklaarbare snelheid te vervallen.
vervallen	invalid	nuligita
vervallen	affordable	pagebla
vervallen	payable	pagenda
vervallen (bouwvallig)	ruinous	ruiniĝinta
🔗 De hut zag er nog niet erg vervallen uit.
vervallen (bouwvallig)	ruinous	ruina
🔗 In plaats van de vervallen toren die hij zich herinnerde, rees er een fraai kasteel met hoge torens uit de nevels op.
voorvallen (gebeuren; geschieden; gevallen; omgaan; optreden; passeren; plaatsgrijpen; zich voordoen; zich toedragen; vóórkomen)	happen ; occur	okazi
🔗 Dit alles viel voor in de derde week van Barees leven.

Dutch	English
vallen	⇆ close in; ⇆ come down; ⇆ draw in; ⇆ drop; ⇆ fall; ⇆ fall through; ⇆ go down; ⇆ hang; ⇆ hang down; ⇆ lapse; ⇆ pitch; ⇆ plunge; ⇆ prolapse; ⇆ set; ⇆ sink; ⇆ sit; ⇆ slump; ⇆ tumble
aan stukken vallen	⇆ fall to pieces
al naar het valt	⇆ as the case may be
bij het vallen van de avond	⇆ at nightfall
daar valt niet mee te spotten	⇆ that is not to be trifled with
dat valt me moeilijk	⇆ it is difficult for me; ⇆ I find it difficult
dat valt me zwaar	⇆ it is difficult for me; ⇆ I find it difficult
de appel valt niet ver van de boom	⇆ it runs in the blood; ⇆ like father, like son
de avond valt	⇆ night is falling
de tijd valt me lang	⇆ time hangs heavy; ⇆ time hangs heavy on my hands
doen vallen	⇆ dismount; ⇆ down; ⇆ trip up; ⇆ bring about the fall of
door de mand vallen	⇆ have to own up; ⇆ come a cropper
er vielen woorden	⇆ there were high words
er zullen klappen vallen	⇆ there will be blows
het gordijn valt	⇆ the curtain drops
het nemen zoals het valt	⇆ take things just as they come
het vallen van de avond	⇆ nightfall
het valt zo het komt	⇆ come what may
het zal hem hard vallen	⇆ he’ll find it a great wrench
hiermee staat of valt de zaak	⇆ with this the matter will stand or fail
in de belasting vallen	⇆ be liable to taxation
in de rede vallen	⇆ break in; ⇆ chime in; ⇆ chop in; ⇆ cut in; ⇆ heckle; ⇆ interpose; ⇆ interpose oneself; ⇆ interrupt
in goede aarde vallen	⇆ be well received
in het oog vallen	⇆ strike the eye
in het water vallen	⇆ be rained off; ⇆ be rained out; ⇆ come to naught; ⇆ fall to pie; ⇆ go to pie; ⇆ fall into the water; ⇆ fall to the ground; ⇆ fall through
in puin vallen	⇆ fall into ruins; ⇆ fall into ruin; ⇆ crumble to pieces
in slaap vallen	⇆ drop off; ⇆ fall asleep; ⇆ get off; ⇆ go to sleep
laag vallen	⇆ fall low; ⇆ sink low
lang vallen	⇆ wear
lastig vallen	⇆ annoy; ⇆ badger; ⇆ barge in on; ⇆ be a nuisance to; ⇆ be at; ⇆ bother; ⇆ bug; ⇆ discommode; ⇆ fuss; ⇆ harry; ⇆ importune; ⇆ incommode; ⇆ inconvenience; ⇆ intrude on; ⇆ molest; ⇆ persecute; ⇆ pester; ⇆ trouble
laten vallen	⇆ slip; ⇆ drop; ⇆ give the go‐by; ⇆ let off; ⇆ pull the plug on; ⇆ rat on; ⇆ shed; ⇆ toss off; ⇆ let fall; ⇆ knock off
met bakken uit de hemel vallen	⇆ come down in sheets
met de deur in huis vallen	⇆ go straight to the point
met vallen en opstaan	⇆ by trial and error
onder garantie vallen	⇆ be under warranty
over een strootje vallen	⇆ stumble at a straw
te beurt vallen	⇆ come to; ⇆ fall to; ⇆ fall to the share of
tussen de wal en het schip vallen	⇆ fall between two stools
uit de toon vallen	⇆ stick out like a sore thumb
vallen aan	⇆ fall to
vallen onder	⇆ fall under; ⇆ fall within; ⇆ come under
vallen op	⇆ fall on; ⇆ fall upon; ⇆ get off on
vallen over	⇆ stumble at
wat valt daarvan te zeggen?	⇆ what can be said about it?
ze viel op slag voor hem	⇆ he swept her off her feet
zich laten vallen	⇆ drop
aanvallen	⇆ lash out at; ⇆ tackle; ⇆ fall to; ⇆ aggress; ⇆ assail; ⇆ assault; ⇆ attack; ⇆ beset; ⇆ charge; ⇆ close in upon; ⇆ come upon; ⇆ dig in; ⇆ engage; ⇆ fall foul of; ⇆ fall on; ⇆ fall upon; ⇆ strike; ⇆ savage; ⇆ set on; ⇆ set upon; ⇆ tilt at; ⇆ have a tilt at; ⇆ run a tilt at; ⇆ wade into
afvallen	⇆ apostatize; ⇆ defect; ⇆ drop away; ⇆ drop off; ⇆ drop out; ⇆ fall away; ⇆ fall by the wayside; ⇆ fall off; ⇆ lapse; ⇆ lose flesh; ⇆ fall; ⇆ tumble down; ⇆ lose; ⇆ desert; ⇆ secede; ⇆ fall away from
dichtvallen	⇆ click shut; ⇆ close
doodvallen	⇆ fall dead; ⇆ drop dead
droogvallen	⇆ fall dry
gevallen	⇆ befall; ⇆ happen
invallen	⇆ chime in; ⇆ chip in; ⇆ close in; ⇆ collapse; ⇆ cut in; ⇆ fall; ⇆ fall in; ⇆ fill in; ⇆ hold the fort; ⇆ join; ⇆ occur to; ⇆ set in; ⇆ strike; ⇆ suggest itself; ⇆ tumble down; ⇆ join in; ⇆ deputize; ⇆ substitute; ⇆ come into one’s mind
kapotvallen	⇆ fall to bits; ⇆ fall to pieces
lichtval	⇆ light
meevallen	⇆ end better than was expected; ⇆ exceed expectations; ⇆ turn up trumps; ⇆ improve on acquaintance; ⇆ turn out better than was expected; ⇆ be not so bad
ontvallen	⇆ escape; ⇆ fall; ⇆ drop from; ⇆ fall from
opvallen	⇆ strike; ⇆ attract attention; ⇆ be conspicuous
overvallen	⇆ beset; ⇆ descend to; ⇆ descend upon; ⇆ fall on; ⇆ fall upon; ⇆ hold up; ⇆ overtake; ⇆ stick up; ⇆ turn over; ⇆ catch unawares; ⇆ take unawares; ⇆ raid; ⇆ assault; ⇆ take by surprise; ⇆ surprise
samenvallen	⇆ coincide; ⇆ coincidence; ⇆ concur
sneeuwval	⇆ snowfall; ⇆ fall of snow; ⇆ falls of snow; ⇆ avalanche; ⇆ snow‐slide
stukvallen	⇆ smash; ⇆ fall to pieces
tegenvallen	⇆ disappoint; ⇆ dissatisfy; ⇆ not come up to expectations
terugvallen	⇆ fall back; ⇆ relapse; ⇆ revert; ⇆ sink back
toevallen	⇆ accrue to; ⇆ go to; ⇆ fall to
uiteenvallen	⇆ break up; ⇆ break‐up; ⇆ disintegrate; ⇆ disintegration; ⇆ fall to bits; ⇆ fall to pieces; ⇆ shatter; ⇆ fall apart
uitvallen	⇆ come off; ⇆ drop out; ⇆ fail; ⇆ failure; ⇆ fall; ⇆ fall out; ⇆ go; ⇆ go down; ⇆ hit out; ⇆ make a sally; ⇆ make a pass; ⇆ lunge; ⇆ lash out; ⇆ fly out; ⇆ cut up rough; ⇆ turn out
val	⇆ come‐down; ⇆ crash; ⇆ downfall; ⇆ drop; ⇆ fall; ⇆ falling; ⇆ halyard; ⇆ lapse; ⇆ mantrap; ⇆ overthrow; ⇆ pitfall; ⇆ plunge; ⇆ trap; ⇆ spill; ⇆ sheatfish; ⇆ wels; ⇆ wels catfish; ⇆ valance
valbijl	⇆ guillotine
valblok	⇆ beetle‐head; ⇆ pulley‐block; ⇆ ram; ⇆ monkey
valbrug	⇆ drawbridge
valdeur	⇆ trap‐door; ⇆ trap; ⇆ drop‐door; ⇆ penstock
valgordijn	⇆ blind
valhek	⇆ herse; ⇆ portcullis
valhelm	⇆ crash‐helmet
valklep	⇆ trap‐valve
vallicht	⇆ skylight
valpoort	⇆ portcullis
valscherm	⇆ parachute
valversnelling	⇆ gravitational acceleration
valwind	⇆ down‐current; ⇆ fall wind; ⇆ down wind; ⇆ foehn
vervallen	⇆ battered; ⇆ become due; ⇆ become payable; ⇆ decay; ⇆ decrepit; ⇆ derelict; ⇆ dilapidated; ⇆ due; ⇆ escheat; ⇆ expiration; ⇆ expire; ⇆ expiry; ⇆ fall; ⇆ fall away; ⇆ fall due; ⇆ fall off; ⇆ fall to; ⇆ lapse; ⇆ mature; ⇆ matured; ⇆ moulder; ⇆ tumble‐down; ⇆ raddled; ⇆ ramshackle; ⇆ run‐down; ⇆ fall into decay; ⇆ go to ruin; ⇆ fall into disrepair; ⇆ be taken off; ⇆ be cancelled; ⇆ be abrogated; ⇆ ruinous; ⇆ out of repair; ⇆ worn; ⇆ worn out; ⇆ broken down; ⇆ lapsed; ⇆ expired
voorovervallen	⇆ fall forward; ⇆ fall headlong; ⇆ fall head foremost
voorvallen	⇆ chance; ⇆ happen; ⇆ occur; ⇆ pass
wegvallen	⇆ fall off; ⇆ be left out; ⇆ be omitted