English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word gentleness

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(sweet); ;
gentle
(affectionate; soft)
;
gentle
(soft; tender)
gentle
(delicate; soft; tender)
;

EnglishDutch
gentleness makheid; zachtheid; zachtzinnigheid
gentle dempen; doen bedaren; licht; lief; mak; temperen; verzachten; vriendelijk; zacht; zachtaardig; zachtmoedig; zachtzinnig