Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord credit insurer

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
credit
; ;
credit
;
te goed houden
credit
krediet verschaffen
(blame; hold against; impute; ascribe; attribute)
🔗 But security researchers told Al Jazeera that the abductions are driven by the church’s capacity to make ransom payments, not religious factors, except in the cases credited to Boko Haram and its affiliates.
;
verzekeraar
🔗 Insurers in Germany are not obligated to pay for Viagra or other sexual performance enhancing drugs, the country’s federal social court has ruled.

EngelsNederlands
credit insurer kredietverzekeraar
credit aanrekenen; credit; crediteren; creditzijde; eer; ere; geloof; geloven; gezag; goede naam; invloed; krediet; reputatie; te goed houden
insurer assuradeur; verzekeraar