Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord verzekeraar

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
verzekeraar
(assuradeur)
(assureren; veilig stellen);
underwrite
;
🔗 Was de stier dan niet verzekerd?
(beweren);
🔗 Er zal spoedig genoeg worden gevochten, dat verzeker ik u.

NederlandsEngels
verzekeraar assurer; insurer; underwriter
kredietverzekeraar credit insurer
verzekeren affirm; assure; aver; certify; ensure; insure; underwrite; vow; safeguard; secure; avouch; vouchsafe