Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord buurt‐

Nederlands	Engels (indirect vertaald)	Esperanto
buurt (stadswijk; wijk)	quarter	kvartalo
🔗 De Vaaltsteeg was een vervallen straatje in de oude buurt van Rommeldam.
buurt	vicinity	najbaraĵo
buurt	vicinity	proksimaĵo
🔗 Wij blijven in de buurt.
in de buurt van	close to ; near ; about ; close by	proksime al
🔗 Hij bevond zich nu in de buurt van zijn doel.
rosse buurt (hoerenbuurt)	red‐light district	prostituada kvartalo
achterbuurt	backstreet ; slum	kvartalaĉo
🔗 Maar niemand kan verwachten rond te zwerven in de achterbuurten van Port Mar zonder de kwalijke gevolgen daarvan de ondervinden.
arbeidersbuurt (arbeiderswijk)	workmen’s quarter	laborista kvartalo
buurten	pay a visit	viziti najbaron
hoerenbuurt (rosse buurt)	red‐light district	prostituada kvartalo
kerkbuurt (gemeente; kerspel; parochie)	parish	paroĥo

Nederlands	Engels
buurt‐	⇆ residential
buurt	⇆ neigbourhood; ⇆ purlieus; ⇆ quarter; ⇆ vicinity; ⇆ visinage
blijf uit de buurt van	⇆ don’t get near
in de buurt blijven	⇆ stick around
in de buurt van	⇆ off; ⇆ within striking distance of; ⇆ in the neighbourhood of
rosse buurt	⇆ red‐light district
uit de buurt	⇆ far off; ⇆ a long way off
achterbuurt	⇆ slums; ⇆ backstreet; ⇆ slum
buurtcafé	⇆ local
buurtcentrum	⇆ community centre
buurthuis	⇆ community centre
buurtspoor	⇆ local railway
buurtverkeer	⇆ local service
buurtwinkel	⇆ corner shop
hoerenbuurt	⇆ red‐light district
jodenbuurt	⇆ Jewry; ⇆ Jewish quarter; ⇆ Jews’ quarter
sloppenbuurt	⇆ slums
volksbuurt	⇆ popular neighbourhood; ⇆ working‐class quarter