Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word randgebied

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(buitenkant; cirkelomtrek; omtrek; periferie; rand)
periphery
🔗 De verbindingen met het getroffen gebied zijn nog steeds slecht.
(bol; sfeer)
sphere
;
realm
(grondgebied; territoor);
turf
(contreie; gewest; landstreek; regio; streek; contrei)
🔗 Het gebied werd veroverd door Alexander de Grote in 334 voor Christus.
(terrein)
🔗 Zelfs u zou hun op dit gebied niets kunnen leren.
(zoom);
welt
🔗 Aan de rand van de oase hielden ze stil.
(lijst);
ferrule
;
fret
(lijst; richel)
listel
;
fillet
(kant; marge)
(buitenkant; periferie)
periphery
🔗 Natuurlijk, dat kost dan 150 rand.
; ; ; ;
edging
;
fringe
; ; ;
verge
🔗 Hij ging op de rand van het bed zitten en verwijderde haastig zijn laarzen.
(zelfkant);

DutchEnglish
randgebied fringe area
gebied area; belt; circuit; cognizance; compass; demesne; department; district; domain; dominion; field; patch; precinct; province; purview; range; realm; region; zone; sphere; scope; sweep; territory; jurisdiction; turf; walk
rand band; belt; binding; border; brim; brink; brow; edge; edging; fretwork; fringe; ledge; limb; lip; marge; margin; outskirt; outskirts; rand; ridge; rim; verge; shelf; skirt; welt