English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word national title

English	Dutch (translated indirectly)	Esperanto
national	nationaal ; vaderlands	nacia
national (countrywide; nationwide)	landelijk	tutlanda
national	staatsburger	ŝtatano
🔗 Almost 10 million Chinese nationals visited Thailand last year, according to official statistics.
national	nationaal	nacia
title (designate; entitle; give a title to; style)	betitelen ; titelen	titoli
title (heading; caption; designation; style)	titel	titolo
🔗 Books and teaching materials that could violate the law have been removed from libraries, including titles written by gaoled activist Joshua Wong.
title	titel	titolo

English	Dutch
national title	⇆ landstitel
national	⇆ landelijk; ⇆ lands‐; ⇆ nationaal; ⇆ staatsburger; ⇆ staats‐; ⇆ vaderlands; ⇆ vaderlandsgezind; ⇆ volks; ⇆ volks‐
title	⇆ aanspraak; ⇆ betitelen; ⇆ betiteling; ⇆ bewijs van eigendom; ⇆ een titel verlenen aan; ⇆ eigendomsbewijs; ⇆ eigendomsrecht; ⇆ gehalte; ⇆ predikaat; ⇆ recht; ⇆ titel; ⇆ titelen