English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word qualifier
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
qualify | kvalitigi |
English | Dutch |
---|---|
qualifier | ⇆ bepalend woord; ⇆ geplaatste deelnemer |
qualify | ⇆ aanduiden; ⇆ bekwaam maken; ⇆ bepalen; ⇆ beperken; ⇆ bevoegd maken; ⇆ bevoegdheid verwerven; ⇆ geplaatst worden; ⇆ in aanmerking komen; ⇆ kwalificeren; ⇆ matigen; ⇆ nader bepalen; ⇆ verzachten; ⇆ verzwakken; ⇆ zich bekwamen |