Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord home economics

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(economical)
🔗 But it is increasingly looking like the beginning of the end for Putin’s ambitions to uproot the world economic order.
economic
(thrifty; economical; provident)
; ;
🔗 The Muslim world has been afflicted with economic stagnation for many centuries.
economics
;
volkshuishoudkunde
; ;
🔗 Anyway, that’s why we’re going home.
tehuis
;
🔗 But since leaving home he had seen too many stories walking in the flesh ever to be so sure again.
(domestic)

EngelsNederlands
home economics huishoudkunde
economic economisch; staathuiskundig
economics economie; economische aspecten; staathuishoudkunde; volkshuishoudkunde
home asiel; binnenlands; gezin; honk; huis; huiselijk; huisgezin; huishouden; huislijk; huistoe; huisvesten; huiswaarts; huis‐; inheems; inlands; inrichting; land; naar de finish; naar het doel; naar huis; naar huis vliegen; raak; tehuis; thuis; thuis‐; vaderland; vast; verblijf; woonstede; zenuwinrichting