Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord eengezinswoning

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
<nedifina artikolo>
🔗 Ik zit gaarne in een café.
(een zeker); ; ;
(familie; huisgezin)
🔗 ’s Zondags wandelden we met het gezin in het bos.
(behuizing); ;
🔗 De drie doden werden aangetroffen in een woning.

NederlandsEngels
eengezinswoning one‐family house
een a; an; any; one; some
gezin family; home; household; nuclear family
woning abode; dwelling; dwelling‐place; habitation; house; lodging; mansion; place; residence; tenement; abidance